Coöperatieve zuivelfabriek "De Hoop"'
In januari 1900 kwamen een aantal boeren bij elkaar in de herberg van Hendrik Mulder (zie Rechthuis). Ze kwamen overeen om te proberen hun gezamenlijke hoeveelheid melk bij inschrijving te verkopen aan de omliggende fabrieken om zo een hogere melkprijs te krijgen. Deze opzet mislukte, betrokken fabrieken gaven te kennen hieraan niet mee te willen werken. De gevormde commissie ging niet bij de pakken neerzitten en werkte gestaag door en belegde een tweede vergadering. Tijdens die vergadering werden spijkers met koppen geslagen, diezelfde avond nog werd een huis met erf en grond gekocht, het begin van de zuivelfabriek in Oudega. Tijdens de oprichtingsvergadering meldden zich 45 leden, samen hadden zij 250 melkkoeien.
Het allereerste begin van de fabriek was zwaar, alle werk werd met handkracht gedaan. Er was een speciale handcentrifuge die door één man werd bediend. Het draaien vergde niet echt veel kracht, maar het vermoeiende was dat er constant door moest worden gewerkt omdat de centrifuge op toeren moest blijven. Alle machines werden door mankracht bediend. In drukke tijden werd er gewerkt van `s morgens vier uur tot `s avonds tien uur met slechts een schafttijd van één tot twee uur. Het weekloon bedroeg 4,5 gulden per week. De directeur kwam met 9 gulden per week thuis. Al in november 1901 werd er een stoommachine aangeschaft.
Het allereerste begin van de fabriek was zwaar, alle werk werd met handkracht gedaan. Er was een speciale handcentrifuge die door één man werd bediend. Het draaien vergde niet echt veel kracht, maar het vermoeiende was dat er constant door moest worden gewerkt omdat de centrifuge op toeren moest blijven. Alle machines werden door mankracht bediend. In drukke tijden werd er gewerkt van `s morgens vier uur tot `s avonds tien uur met slechts een schafttijd van één tot twee uur. Het weekloon bedroeg 4,5 gulden per week. De directeur kwam met 9 gulden per week thuis. Al in november 1901 werd er een stoommachine aangeschaft.
Verbouwingen en uitbreidingenAl in 1905 werd de fabriek te klein en volgde er een uitbreiding, de eerste. Er werd een nieuwe directeurs-woning gebouwd. In 1909, 1911 en 1913 volgden er nieuwe uitbreidingen. Alles leek crescendo te gaan maar de omzet stagneerde rond de twee miljoen kilo melk jaarlijks. In 1916 werd advies ingewonnen bij de overkoepelende vereniging van coöp zuivelfabrieken. Hun advies luidde dat men beter kon fuseren met de omliggende fabrieken. Aangezien binnen afzienbare tijd de Ooster- en Westerzanding ingepolderd zou worden alsook de Maadlanden van Eernewoude besloot men om toch door te zetten.
In 1921 vergrootte men alle fabrieksruimten en werd besloten over te stappen op elektriciteit. Het ging goed, in 1927 volgde een grote verbouwing en was de melkaanvoer gestegen tot bijna 3.500.000 kilo. In het boekjaar 1939-1940 was de aanvoer gestegen tot meer dan 5.000.000 kilo per jaar. Na de oorlog volgden nog enkele verbouwingen en al het koperwerk werd vervangen door roestvrij staal. In 1956 was er inmiddels zoveel verbouwd dat er zeer efficiënt kon worden gewerkt. Toch bleef men steeds verbeteringen doorvoeren maar uiteindelijk bleek de fabriek als twee na kleinste fabriek van Friesland niet veel langer levensvatbaar te zijn. in januari 1966 werd met algemene stemmen besloten een fusie aan te gaan met de zuivelfabriek van Opeinde "de Eendracht". In dat jaar viel het doek voor de zuivelfabriek, 66 jaar lang had de fabriek voor bedrijvigheid in het dorp gezorgd, wat restte was stilte... TeloorgangMidden jaren negentig werd door bezuinigingen de bibliotheek in Oudega opgeheven. Dit was de eerste aderlating voor It Miensker. Enkele jaren later werd ook de Rabobank uit het pand verplaatst naar een nieuwe locatie aan de Buorren. Zonder deze vaste huurinkomsten daalde de omzet van It Miensker en werd het steeds moeilijker een sluitende begroting te krijgen. Rond de wisseling van het millennium hing het voortbestaan van It Miensker aan een zijden draadje. Ook onderhoud van het pand was dringend nodig. Uiteindelijk werd in 2003 besloten It Miensker van de hand te doen. Het pand werd verkocht, en is later weer doorverkocht aan een belanghebbende.
Doel was een complete herstructurering van het havengebied. Samen met de bouw van een nieuwe woonwijk, uitbreiding van de haven, sloop van It Miensker en de bouw van een grote supermarkt met daarboven appartementen zou het uiteindelijke aanzicht van Oudega vanaf het water voor altijd veranderen. Helaas, de wereldwijde crisis bleek ook in Oudega zijn tentakels uitgeslagen te hebben. |
It MienskerNa de fusie met "de Eendracht" in Opeinde stond het oude fabrieksgebouw leeg. De inventaris was zoveel mogelijk overgenomen door Opeinde, de rest werd verkocht. Wat restte was een leeg omhulsel, ontdaan van alle bedrijvigheid. 25 augustus 1966 volgde in café van der Meer de publieke verkoop van de fabriek. Op precies dezelfde plaats als waar de oprichtingsvergadering werd gehouden, werd nu, 66 jaar later het einde bezegeld met de verkoop van de oude fabriek. Voor 66.989,00 gulden werd H.P Bergsma uit Drachten eigenaar Enige tijd later werd de fabriek doorverkocht aan de Gereformeerde kerk in Oudega. Wat volgde was een compleet rigoureuze verbouwing, de fabriek werd omgetoverd tot wat tegenwoordig een Multifunctioneel Centrum zou heten. In 1968 werd het fabriek omgedoopt tot "It Miensker". Een zalencentrum wat voldeed aan alle eisen van de tijd. Ook vond onder andere de bibliotheek een plek, alsook de Coöperatieve Boerenleenbank, later opgegaan in Rabobank. Het zalencentrum beschikte over meer dan tien zalen, van klein en gemoedelijk voor 20 personen tot een megazaal waar meer dan 200 bezoekers zich konden vermaken. Jaren van drukte volgden. Bijna elke Oudegaaster was regelmatig in it Miensker te vinden. Als er iets te doen was, dan was het te doen in It Miensker. Vrijwel elke vereniging vergaderde daar, je haalde er je patat, je soft ijs, je eerste biertje dronk je daar. Kortom, It Miensker was het middelpunt van het dorp. Maar, zoals overal, ook in Oudega staat de tijd niet stil... Licht aan de horizon?Al sinds 2003 is het oude melkfabriek aan zijn lot overgelaten. Onderhoud heeft zich beperkt tot het hoogst noodzakelijke. Dat wil dus zeggen, als er dakgoten afvallen dan worden deze verwijderd. Nieuwe zijn niet nodig. Alle ramen en deuropeningen zijn grondig dichtgetimmerd. Hangsloten sluiten de deuren af, de daken lekken, het vocht heeft binnen vrij spel. Tóch is er hoop op verbetering!
Sinds enkele jaren zijn er aanwijzingen dat de investeringsmaatschappij bezig is met maken van plannen. Deze plannen behelsen in eerste instantie sloop en nieuwbouw. Later werden deze plannen aangepast en wilde men binnen de muren van de oude fabriek woon- en werkunits plaatsen zodat er een soort overdekt bedrijventerrein zou ontstaan. Het laatste plan is ontwikkeld door een bouwkundig tekenaar uit Opeinde. Samen met studenten van de NHL is er een plan ontwikkeld. Dit plan omvat de bouw van een viertal appartementen, tevens is er op de begane grond ruimte voor een horecadeel met bar en een watersportzaak met showroom. De verkoop van deze appartementen is in handen van een makelaar in Drachten. |
verleden, heden en toekomst?
figuur 58. Oudega, zuivelfabriek "de Hoop". Googlemaps (2015)